Vechten, vluchten, bevriezen of contact maken
Je loopt op straat. Ineens komt er vanuit een zijstraat een auto met een rotgang op je af. Wat doe je? Spring je aan de kant, foeter je de automobilist uit of verstijf je? Of zoek je contact met een persoon naast je en deel je de schrik? Oftewel: vlucht je, vecht je, bevries je of maak je contact? En hoe komen we van vluchten, vechten of bevriezen naar een gezonder evenwicht?
Je zenuwstelsel reageert, niet jij
Je denkt misschien dat het jouw karakter of persoonlijkheid is die deze reactie op een onverwachte gebeurtenis bepaalt. Maar eigenlijk is het je zenuwstelsel. Je maakt op dat moment geen bewuste keuze hoe je reageert. Je zenuwstelsel reageert zoals het vroeger heeft geleerd om te reageren. Daarom reageren we allemaal verschillend op een onverwachte of bedreigende situatie.
Je zenuwstelsel kiest de manier die vroeger werkte
Ons zenuwstelsel zit ingenieus in elkaar. Het zal altijd alles in het werk stellen om jou te laten overleven. Dit gaat vaak buiten ons bewuste denken om. Het autonome zenuwstelsel reageert. Bij schrik of dreiging van gevaar kiest je zenuwstelsel vaak de manier van reageren die vroeger het meest effectief of beschikbaar was. Welke manier dat is, is voor iedereen verschillend doordat we hierin andere leerervaringen hebben gehad.
Oriënteren
Als een gazelle in het wild lekker staat te grazen en ineens een geluid hoort kijkt hij op. Hij spitst zijn oren en kijkt wat het geluid veroorzaakt. Dit noemen we de oriënteringsreactie. Wordt het geluid veroorzaakt door de wind of een ander niet bedreigend dier, zal de gazelle rustig verder eten. De alertheid zakt, het systeem komt tot rust.
Er is gevaar: vechten, vluchten of bevriezen
Wordt het geluid echter veroorzaakt door een leeuw, dan kan de gazelle drie dingen doen. Als de leeuw nog ver weg is, kan hij vluchten door hard weg te rennen. Hij zou ook kunnen vechten met de leeuw, maar zal dit niet doen omdat hij dit zal verliezen. Als de leeuw al te dichtbij is om weg te rennen en vechten geen zin heeft, is de kans groot dat de gazelle zich dood zal houden, verlammen. Dit is een vorm van bevriezen.
Het gevaar is geweken
Als de leeuw in in het gunstigste geval net lekker heeft gegeten, zijn buik al vol heeft en afdruipt, komt de gazelle uit de verlammingsreactie en staat op. Hij schudt alle gemobiliseerde energie om te overleven en de stress uit en rent weg of gaat verder met grazen.
Hoe werkt dit bij mensen?
Voor een kind voelt een situatie sneller als bedreigend dan voor een volwassene. Je bent als kind afhankelijk van de omgeving om te overleven. Je kunt nog niet alleen overleven. Daarbij kan je niet zoals een volwassene dingen duiden, in de context zien of relativeren. Een ogenschijnlijk kleine trigger, zoals een plotseling hard geluid, je ouders die een woordenwisseling hebben of een ouder die jou als huilende baby niet direct hoort, voelt voor het kind als een grote dreiging.
Onze radar: de amygdala
We hebben allemaal een interne radar die aftast of het wel of niet veilig is. Deze radar noemen we de amygdala. De amygdala wordt ook wel de amandelkern genoemd en je hebt er twee van. Deze zijn een onderdeel van het limbisch systeem in onze hersenen. Je zou de amygdala kunnen zien als onze rookmelder. Als deze radar mogelijk gevaar detecteert, komt het reptielenbrein in actie. Dit is het meest primitieve deel van onze hersenen dat puur gericht is op overleving. Het reageert instinctief en stuurt de vecht-, vlucht- en bevriezingsrespons aan. Het autonome zenuwstelsel gaat in werking. Er wordt een enorme hoeveelheid energie gemobiliseerd om de mogelijk bedreigende situatie het hoofd te bieden en te kunnen overleven.
Een te strak afgestelde rookmelder
Als je van jongs af aan te maken hebt gehad met (chronische) stress, angst, onveiligheid en/of trauma, staat deze radar vaak te strak afgesteld. Kleine signalen vanuit de omgeving worden dan al als mogelijk gevaar geregistreerd. Je zult dan sneller in een respons van vluchten, vechten of bevriezen terechtkomen, ook waar dit eigenlijk niet nodig is.
Lees meer over stress vanuit een al vroeg verstoorde balans
Het lichaam in opperste paraatheid
Als de rookmelder mogelijk gevaar heeft gedetecteerd, wordt er dus een hele grote hoeveelheid energie gemobiliseerd om te kunnen overleven. Het lichaam komt in opperste paraatheid om dat te kunnen doen wat nodig is. Zo gaat het hart sneller kloppen, verhoogt de bloeddruk en versnelt de ademhaling. Er gaat meer energie naar de spieren om te kunnen vechten of vluchten. Op dat moment krijgen de functies van rust en herstel en de spijsvertering minder energie. Die zijn op dat moment van ondergeschikt belang.
Vechten
Als je als volwassene in de rij van de kassa staat en iemand botst hard tegen je aan, kan je vechten. Je zou natuurlijk letterlijk met iemand in gevecht kunnen gaan, maar het hoeft niet letterlijk vechten te zijn. Je kan de ander ook wegduwen, flink boos worden of met woorden je ongenoegen uitspreken en een duidelijke grens aangeven.
Niet altijd handig voor je overleving
Je kunt je voorstellen dat deze manier van reageren voor een kind vaak niet handig of beschikbaar is. Zelfs als het kind oud genoeg is om de spieren en de kracht te hebben om te kunnen vechten, is dit bij bijvoorbeeld grensoverschrijding in het gezin vaak geen slimme keuze. Het is niet handig om in gevecht te gaan met de persoon van wie je afhankelijk bent voor je overleving. In een onveilig klimaat waarbij het kind misschien boosheid, afwijzing of letterlijk een tik kan verwachten als het boos wordt, zal het waarschijnlijk ook niet voor deze manier kiezen.
Vluchten
Als je op straat loopt en iemand probeert je te beroven, zou je kunnen proberen te vluchten door hard weg te rennen. Je ontvlucht letterlijk het gevaar. Voor een kind is deze manier vaak ook niet mogelijk. Een klein kind of baby kan letterlijk niet wegrennen. Een ouder kind zal dit niet snel doen als er in het gezin dreiging is, omdat het wederom de ouders nodig heeft voor zijn overleving.
Als vechten en vluchten niet kan: bevriezen
Als vechten of vluchten niet kan, blijft er nog maar één manier over, namelijk bevriezen. Denk aan het hert dat op de weg staat als er een auto aankomt. Het kan niet wegrennen en niet vechten, dus bevriest. Het kijkt met grote ogen in de koplampen. Ook mensen hebben deze reactie. Misschien herken je deze freeze-reactie soms bij jezelf. Je hele lichaam is aangespannen, er is van binnen veel energie en lading, maar je kunt niet bewegen of handelen.
Ontlading van de energie
Het hert in de koplampen zal, als de auto weg is en het gevaar geweken, zich flink uitschudden. Daarmee ontlaadt hij de gemobiliseerde overlevingsenergie en stress. Het hert zal er niks aan overhouden en geen klachten ontwikkelen. Mensen kennen deze natuurlijke manier van ontladen vaak niet meer. Als je succesvol hebt kunnen vechten of vluchten, ontlaad je hiermee de gemobiliseerde energie in je lichaam om te kunnen overleven. Als dit niet mogelijk is en er geen andere manier van ontladen voorhanden is, blijft deze energie in het lichaam en het zenuwstelsel.
De lading blijft in je systeem
Als je niet kon vechten of vluchten, maar alleen kon bevriezen of verlammen, blijven alle energie en lading dus in je zenuwstelsel opgeslagen. Dit merk je vaak niet bewust, maar je kunt hierdoor na de gebeurtenis, soms zelfs vele jaren later, klachten ontwikkelen. Hierbij kun je denken aan klachten als alertheid, hartkloppingen, overprikkeling, spierspanning/spierpijn, last van je maag of darmen en slaapproblemen, maar ook apathie, vermoeidheid, depressie of burn-out. Maar de klachten kunnen ook emotioneel van aard zijn, zoals angst en paniek, verdriet of sterke boosheid. Of een gevoel van eenzaamheid, machteloosheid, moedeloosheid, hopeloosheid of verdoofdheid.
Onverklaarbare klachten
Deze klachten kunnen soms jaren na de bedreigende of stressvolle gebeurtenis ontstaan. Vaak heb je geen idee waarom je last hebt van deze klachten. De relatie tussen de gebeurtenis en jouw klachten ontbreekt dan. Je lichaam is als het ware blijven steken in de tijd van de gebeurtenis en staat bijvoorbeeld nog steeds in de stand van gevaar. Alle lading zit nog in het zenuwstelsel en dit geeft klachten.
Alles geprobeerd en niks helpt
Vaak hebben mensen al allerlei therapieën en behandelingen gedaan om van deze klachten af te komen en hebben ze de moed bijna opgegeven. Totdat ze ontdekken dat er slechts een energetische verstoring is door die eerdere gebeurtenis. En dat die verstoring hun klachten veroorzaakt. Het is vaak een enorme opluchting dat het niet hun ‘schuld’ is en dat er met een passende therapie wel degelijk iets te doen is aan deze klachten.
Lees meer over klachten door stress en trauma
Het sympathische zenuwstelsel: gaspedaal
Bij vechten of vluchten drukken we als het ware het gaspedaal van ons lichaam in. Deze reacties worden geregeld door het sympathische zenuwstelsel. Dit is het deel van het systeem dat gaat over actie. Het werkt niet alleen bij gevaar, maar ook als we actief zijn, fysiek in beweging zijn of ergens over na moeten denken.
Het parasympathische zenuwstelsel: de rem
We hebben ook een rem in ons systeem. Dit deel heet het parasympatische zenuwstelsel en zorgt voor rust en herstel wanneer de actie klaar is. Het verzorgt de functies van herstel en opbouw in ons lichaam en onze spijsvertering. Als we slapen, ontspannen of rusten is dit deel actief. Wanneer we bij een stressvolle gebeurtenis in plaats van vechten of vluchten juist verlammen, is dit deel ook in werking. Als we bevriezen, trappen we de rem en het gaspedaal als het ware tegelijk in. Stel je maar eens een auto voor, waarbij je tegelijkertijd het gas- en rempedaal indrukt. De auto staat stil, maar er is gigantisch veel energie en lading in de auto.
Een derde zenuwstelsel: het sociale betrokkenheidssysteem
Van het symathische en paraspympahische zenuwstelsel heb je misschien al wel eens gehoord. Maar wist je dat we ook een derde zenuwstelsel hebben dat is betrokken bij jouw reactie op stress en gevaar? Dit noemen we het sociale betrokkenheidssysteem, ook wel het Social Engagement System genoemd. Dit is evolutionair gezien het nieuwste systeem en er is pas sinds kort bekendheid over. Het Social Engagement System werd ontdekt door Stephen Porges, de ontwikkelaar van de Polyvagaal Theorie. Dit systeem is ontzettend belangrijk en een hele waardevolle sleutel in de lichaamsgerichte Traumatherapie!
Functies die te maken hebben met het maken van contact
Bij het sociale betrokkenheidssysteem zijn verschillende hersenzenuwen betrokken. De belangrijkste betrokken zenuw is de nervus vagus, ookwel de zwervende zenuw genaamd. Daarom noemen we dit systeem ook wel het ventrale vagale systeem. Deze zenuwen sturen verschillende delen en functies van ons lichaam aan die betrokken zijn bij het maken van contact. Zoals de spieren die nodig zijn voor de gelaatsuitdrukking, het bewegen van de oogleden, het middenoor, kauwen en het maken van hoofdbewegingen.
Wat is het sociale betrokkenheidssysteem?
Het sociale betrokkenheidssysteem gaat over verbinding en sociale betrokkenheid. Als je als baby na de geboorte direct op de buik van je moeder wordt gelegd en er is veilig contact en verbinding mogelijk, gaat het sociale betrokkenheidssysteem gelijk in werking. Het wordt als het ware opgestart en ook daarna zal je de beschikking hebben over dit systeem. Dit is heel belangrijk. Het zorgt ervoor dat je verder in je leven in een toestand kunt zijn waarbij je in het nu bent, in verbinding met jezelf, de ander en de wereld, overzicht hebt, jezelf kunt reguleren en hulp en steun kunt vragen als dit nodig is. Als je in deze toestand bent is er flexibiliteit, hoop, compassie en veerkracht. Je beweegt je veilig en flexibel door het leven.
De eerste voorkeur van het systeem bij gevaar is van nature contact
De eerste voorkeur van het systeem als er een dreigende of stressvolle situatie is, is van nature het maken van contact. Het eerste wat een kindje doet als er stress of gevaar is of als het honger of een vieze luier heeft, is contact maken met de ouder of verzorger. Het gaat bijvoorbeeld huilen of kijkt moeder aan en probeert het op te lossen via het contact. Als de ouder beschikbaar, afgestemd en liefdevol aanwezig is en contact maakt met het kind, zal vechten, vluchten of bevriezen voor het kind niet nodig zijn. Het sociale systeem werkt. In het contact met de ouder reguleert het kind. Waardoor het later zichzelf zal kunnen reguleren.
Als het sociale systeem verstoord is
Wanneer een veilig en afgestemd contact met de ouder om welke reden dan ook voor het kind niet (altijd) mogelijk is, valt het sociale systeem weg als route. Dit kan zijn omdat de moeder zelf overbelast, afwezig, gestrest of ziek is, zorgen heeft of met haar eigen emoties worstelt. Of wanneer de baby na de geboorte noodgedwongen wordt gescheiden van de moeder, bijvoorbeeld omdat het in de couveuse moet of een medische ingreep moet ondergaan. Het sociale systeem wordt dan niet goed opgestart of verstoord. Het systeem heeft dan alleen nog de opties vechten of vluchten en, als dat niet mogelijk is, bevriezen. Als ook dit niet werkt, zal het kind verlammen. Het komt in een staat van immobilisatie, opgeven, verlorenheid, verlatenheid en hopeloosheid.
Alleen vechten, vluchten of bevriezen blijft over
Wanneer het sociale systeem al vroeg verstoord is geraakt of niet goed op gang gekomen, zal je dit ook later in je leven merken. Je zult minder makkelijk in deze ventrale vagale toestand kunnen zijn, waarbij je in het moment bent en in contact met jezelf, de ander en de wereld. Het zal lastiger zijn om als het nodig is steun en hulp te vragen en contact te maken. Je zult vaker in de sympathische toestand van vechten, vluchten of bevriezen terecht komen of in de parasympathische toestand van verlamming en immobilisatie. Je zult meer moeite hebben om jezelf, je emoties en je zenuwstelsel te reguleren bij stress, emoties of overprikkeling. Wist je dat een dergelijke onbalans in het zenuwstelsel zelfs kan leiden tot overspannenheid of burn-out?
Lees meer over het ontstaan van burn-out en overspannenheid
Het goede nieuws: je zenuwstelsel is leerbaar
Gelukkig hoeft dit geen blijvende situatie te zijn. Je zenuwstelsel kan namelijk bijleren! Zo kan je in een passende therapie leren welke manieren van reageren jouw systeem heeft en leren om andere routes en manieren te gebruiken. In een veilig contact met een ander, bijvoorbeeld een therapeut, kan jouw sociale zenuwstelsel alsnog uitgenodigd en geactiveerd worden.
Co-regulatie
Je leert op deze manier eerst jezelf te reguleren in contact met de ander. Dit reguleren in contact noemen we co-regulatie. Dit werkt net zoals bij een kind dat eerst reguleert via de ouder. Een baby heeft letterlijk het lichaam van zijn moeder of vader nodig om zichzelf, zijn emoties en het eigen zenuwstelsel te reguleren. Het kan zichzelf simpelweg nog niet reguleren. Als een jong kind angst of stress heeft of boos of verdrietig is en de ouder aanwezig, afgestemd en veilig is, kan het kind reguleren. Doordat de ouder het kindje vasthoudt, spiegelt en troost, komt het zenuwstelsel van het kind weer tot rust.
Zelfregulatie
Als je in therapie hebt geleerd om te reguleren in contact met de ander, zal je merken dat je ook jezelf steeds beter kunt reguleren bij stress, emoties, belasting en prikkels. Via co-regulatie leer je dus zelfregulatie. Je leert vaardigheden die horen bij het sociale systeem, zoals contact maken, uitreiken, hulp en steun vragen. Hierdoor hoef je minder je toevlucht te nemen tot de meer ‘primitieve’ manieren zoals vechten, vluchten, bevriezen en verlammen.
Leven vanuit de ventrale vagale staat met de andere systemen tot je beschikking
Wanneer jouw sociale betrokkenheidssysteem weer goed werkt, zul je vaker in een staat zijn van overzicht, contact met jezelf, de ander en de wereld. Je zult meer overzicht hebben, je veiliger, flexibeler en veerkrachtiger voelen. Je zult je meer verbonden voelen met jezelf en het grotere geheel. Je zult vindingrijk en creatief zijn en in staat zijn mogelijkheden te verkennen. Het sympathische systeem, het systeem dat nodig is om actief te zijn en het parasympatische systeem, nodig voor rust, opbouw en herstel, staan beide tot je beschikking. Alleen deze staan minder aan de leiding. Ze vervullen hun functies, terwijl jij in het hier en nu kunt blijven. Het sociale, ventrale vagale systeem blijft aan het stuur.
Als het sociale systeem offline gaat
In situaties dat het sociale systeem even niet goed werkt of de situatie niet kan overzien, gaat dit systeem even offline. Jouw zenuwstelsel zal bij stress of dreiging dan de andere systemen gebruiken. Als het sympathische systeem de situatie wel kan kan behappen, neemt dit systeem het over. Je komt in een toestand van vechten, vluchten of als dit niet kan, bevriezen. Als ook het sympathische systeem het niet kan overzien, blijft het parasympathische, ookwel dorsale vagale systeem, over. Je zult dan in een toestand van verlammen, opgeven en immobilisatie komen. Vaak kiest je systeem die manier die het vroeger heeft moeten gebruiken.
Dat is dus heel normaal
Het is helemaal niet erg als het sociale systeem zo nu en dan even offline gaat. Iedereen heeft dit soms. In therapie kun je leren herkennen in welke autonome toestand je bent gekomen, hoe je deze autonome staat kunt herkennen en wat de trigger was hiervoor. Ook leer je handvatten om weer terug te komen in het ventrale vagale systeem. Je kunt leren wat jouw hulpbronnen zijn om weer terug te komen in een staat van overzicht, contact, veiligheid en flexibiliteit. Zodat je niet gevangen blijft in de oude manier van reageren van jouw systeem. Zo leer je nieuwe routes die het leven een stuk makkelijker en prettiger kunnen maken!
Meer lezen over lichaamsgerichte Traumatherapie
Wil je ook leren hoe jij reageert bij stress en dreiging en nieuwe wegen leren?
In de lichaamsgerichte Traumatherapie onderzoeken we samen welke manieren van reageren jouw zenuwstelsel geleerd heeft bij stress, dreiging en gevaar. Je leert deze verschillende manieren herkennen. Ook gaan we werken met jouw sociale zenuwstelsel, zodat dit meer beschikbaar komt. Je gaat de triggers leren herkennen die je in een bepaalde toestand van het zenuwstelsel brengen. Maar je leert ook jouw hulpbronnen en ankers om uit deze minder gewenste autonome toestand te komen en terug te komen in de ventrale vagale staat waarbij het sociale zenuwstelsel tot je beschikking staat. Zodat je je vaker en langer veilig, flexibel en prettig zult voelen, minder hoeft te overleven en meer kunt genieten van het leven.
Wil je meer weten?
Wil je meer weten over hoe jouw zenuwstelsel reageert bij stress, dreiging of gevaar? Wil je graag nieuwe manieren van reageren leren? Wil je je meer ontspannen, rustig of veilig voelen in jezelf, het leven en de wereld? Wil je meer leven in plaats van overleven? En ben je benieuwd hoe lichaamsgerichte Traumatherapie je hierbij kan helpen? Neem dan gerust contact met mij op. Je kunt hiervoor het contactformulier invullen, mij mailen of bellen. Je bent van harte welkom.
0 Reacties